zondag 10 maart 2013

Een eel centrum


Na veertig jaar is men gestart met de bouw van het Cultureel Centrum op de Zeelse Zandberg.  ‘  Eindelijk!’, zou men kunnen uitstoten, maar deze blog zou deze blog niet zijn, mocht er ook geen wijd geëtaleerde verzuchting opwellen.  Jean-Valjean-Jeanette-Jeanolski-Marie-Antoinne-Banksy (een artiestennaam voor Jan Janssens) voorspelt een lege doos, want zo orakelt hij: ‘ Een Cultureel Centrum zonder Cultuur is gewoon een eel centrum. Plus u, om helemaal correct te zijn.’ En hij kan het weten, want hij heeft twee jaar in de metropool Brussel gewoond (op kot, tijdens zijn eerste kandidatuur Vrije Kunsten) en hij is ook al eens in Parijs geweest.  Als we hem - in afwachting van het bijhorende cultuurcafé - ontmoeten op een bankje in het park, steekt hij meteen van wal.   


Jeanolski: We zijn alweder getuige van een sterk staaltje populisme!  Een pompeus, glazen kot bouwen waarbij men heel fotogeniek kan staan wezen in de regionale pers!  Maar heeft men al eens nagedacht over de inhoud!?  Bij deze wil ik mezelf dan ook aanbieden als programmadirecteur, zodat ik Zele mee op de kaart kan zetten en we niet weer in de eigen kleine vijver zitten te vissen.     

CM: Kent u het gezegde ‘wie het kleine niet eert is het grote niet weerd?’

Jeanolski: Kent u het gezegde ‘wie stopt voor overstekende eendjes staat stil.’ of zo mogelijk nog toepasselijker ‘ Wie het gat van de paus kust krijgt haar in zijn mond?’  Ik ook niet, maar zulke uitspraken zoals dewelkste u hier poneert zijn toonbeelden van een burgerlijkheid die zelfs naar kabouternormen zeer klein te noemen is.   

CM: Maar het Cultureel Centrum is toch bedoeld voor de Zelenaar?

Jeanolski: Ah, mijnheer is het type dat vindt dat zijn belastingsgeld naar Studio 100 moet gaan!  Ik denk dat cultuur niet voor het hele volk moet zijn!  Integendeel!  Het is en blijft een middel om de sturende elite te voederen met hogere gedachten die ze vervolgens kunnen vertalen via hun eigen onzichtbare mechanismen naar het gulzig zwelgende plebs.  Dàt, mijn beste, is het verschil tussen hoge en lage cultuur.       

CM: Kan u dan eens een voorbeeld geven van hoge cultuur die u zou programmeren?     

Jeanolski: Ik heb al een paar namen opgeschreven die zeer groot zijn in het alternatieve milieu.  Het Lam Prots bijvoorbeeld, een mimespeler die een enorme reputatie had tot hij verlamd raakte door tegen een glazen deur te lopen.  Sindsdien is er nog maar een spier die werkt, met welke hij kan communiceren.  Dit is natuurlijk een prachtige metafoor voor iets dat veel te veel tijd en moeite zou kosten om het effectief uit te leggen en pas ten volle doordringt als men hem live aan het werk kan zien.

CM: Euh, fascinerend…  Denkt u dat daar een publiek voor is?

Jeanolski: Men kan pas een publiek krijgen, als er een podium is.  Of de Zelenaar hier klaar voor is betwijfel ik ten zeerste, daarom wil ik in verschillende fases werken.  Eerst wil ik de burger cultureel opvoeden.  Roparun lijkt me hiervoor wel een geschikt moment.  ‘ Striphelden’ en ‘Het Wilde Westen’, wie bedenkt dat, zeg?!  Waarom geen thema als ‘De Vlaamse Primitieven’ of ‘Abstract Expressionisme’, waarbij iedereen zich in onduidelijke figuren verkleedt die alsmaar vager lijken te worden naarmate de avond vordert, maar die alsmaar aan betekenis lijken te winnen.  Een interactieve, procesmatige performance vertrekkende vanuit de schilderkundige traditie.  Dat zijn zoveel vliegen in een klap, dat onze handen aan elkaar zullen blijven plakken, wat in de letterlijke zin vrij nadelig zou zijn, gezien er nogal wat afgeapplaudisseerd wordt voor de lopers die het vluchtige, maar tegelijk ook bestendige karakter van de kunstgeschiedenis zullen verbeelden.  Als dat geen concept is, dan weet ik het ook niet meer.

CM: Wij ook niet.  Nog veel succes met uw project.  En met uzelf!


Geen opmerkingen: