Er waren eens drie padden die deelnamen aan een
missverkiezing.
De eerste pad was prachtig, zij
het naar paddennormen. Sappig groen en
voorzien van een stevig stel poten, waaraan menig jurylid sabbelen wou. Meer bepaald in de badpakronde gooide ze
grote ogen. Maar toen ze moest
uitdrukken waarom zij en zij alleen de kroon verdiende kreeg ze niet meer dan
een zielig kwaakje uit haar strot geperst.
Haar schoonheid verdween terstond in het zwarte gat dat ze etaleerde.
De tweede pad was niet bijster mooi, maar compenseerde dat
ruimschoots met visie en taalvaardigheid.
Ze kwaakte de hele jury onder tafel.
Niemand die er een jota van verstond, kwaak betekent ook in het paddenrijk
niet meer dan kwaak, maar ze kwaakte met een dergelijke overgave dat men grote
diepgang achter de forse uithalen van haar blaasbalg vermoedde.
De derde pad was knap noch
clever, maar had honderd SMS-bundels gekocht.
Ze won een carrière die ter plaatse leeg bloedde en een Ford Fiesta,
waarmee ze zichzelf tevergeefs probeerde dood te rijden.
Moraal van het verhaal: wat een geluk dat we geen padden zijn!
Geen opmerkingen:
Een reactie posten